Trombosebeen

Bij trombose is er sprake van bloedstolsel in een bloedvat. Het stolsel kan gaan groeien en daardoor het bloedvat blokkeren. Dit komt vaak voor in de benen en kan daardoor zorgen voor een zogeheten trombosebeen. Het stolsel kan ook losschieten en in de longen terecht komen. Dat wordt een longembolie genoemd. Als een bloedstolsel een slagader blokkeert, kan dit zelfs leiden tot een hartinfarct of herseninfarct.  

Helaas komt trombose erg veel voor in Nederland. Het is zelfs zo dat 25% van de Nederlanders komt te overlijden aan de directe of indirecte gevolgen van trombose. Iedere dag krijgen 70 mensen in Nederland een trombosebeen.  

De symptomen van een trombosebeen die u kunt herkennen zijn:  

• Het been zwelt opeens op  
• De huid verkleurt naar rood, blauw of erg wit  
• De huid gaat glanzen.  
• Het been voelt verzwaard  
• Stekende pijn in het been.  
• De pijn wordt vaak erger wanneer u loopt en neemt af zodra u weer stilstaat.  

Deze symptomen gelden ook voor de arm als er sprake is van een trombose arm.  

Bij een longembolie kunt u de volgende symptomen ervaren:  

• Kortademigheid  
• Pijn tussen uw schouderbladen  
• Moeite met slapen.  
• Het doet pijn om te zuchten en te hoesten.  
• Zwellingen in uw been.  
• Pijn in uw borst.  

Het is vaak niet makkelijk om de diagnose trombose vast te stellen, omdat de symptomen ook kunnen worden aangezien voor andere aandoeningen. Als uw huisarts vermoedt dat er sprake is van een diep veneuze trombose of longembolie, wordt u meestal doorverwezen naar het ziekenhuis. Daar wordt door middel van onderzoek gekeken naar de snelheid en richting van de bloedstroom. Ook wordt gekeken of specifieke deeltjes in het bloed aanwezig zijn die alleen vrijkomen bij stolselvorming. Bij het vermoeden van een longembolie kan een longscan worden uitgevoerd.  

De oorzaak van trombose is dat er een probleem is met het stollen en antistollen van het bloed. Normaal gesproken is het niet erg dat het bloed kan stollen. Dat kan juist goed zijn. Bijvoorbeeld wanneer u een wond heeft. Doordat het lichaam stolsel aanmaakt, ontstaat er een korstje op de wond, waardoor het bloeden stopt. Zodra het bloeden stopt, stopt ook het stollen en eventueel overtollig stolsel wordt afgebroken. Als u trombose heeft is dit proces verstoord. Het bloed stolt dan namelijk ook wanneer er geen wond is en gaat door met stollen nadat de wond dicht is. Waarom gebeurt dit bij sommige mensen wel en bij andere mensen niet? De volgende factoren kunnen het risico op bloedstolsels vergroten:  

• Een bloedvat waarbij de wand is beschadigd. Dit kan gebeuren door een operatie of door aderverkalking. In die condities kan sneller stolsel ontstaan aan de wand van het bloedvat.  
• Als het bloed trager stroomt neemt de kans op stolsel ook toe. Dit kan gebeuren wanneer u lange tijd inactief bent, bijvoorbeeld nadat u geopereerd bent, ziek bent geweest, of langer dan 6 uur moet stilzitten in een vliegtuig.  
• Soms verandert de samenstelling van het bloed op zodanige manier dat er sneller stolsel ontstaat. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren tijdens de zwangerschap, het gebruik van de anticonceptiepil of bij bepaalde ziektes.  
• Erfelijke kwetsbaarheid. In sommige families komt trombose meer voor.  
• Boezemfibrilleren verhoogt het risico op trombose.  
• Roken verhoogt het risico op trombose.  

Het doel van de behandeling van trombose is om een longembolie te voorkomen of om te zorgen dat er geen complicaties van een trombosebeen optreden. Uw arts kan u antistollingsmiddelen voorschrijven. Hierdoor zullen de bestaande stolsels niet verdwijnen, maar de medicijnen helpen wel om het risico op nieuwe stolsels te verlagen. Ook verkleint dit de kans op schadelijke gevolgen van de aanwezige stolsels. Het is belangrijk om te weten dat wanneer u antistollingsmedicijnen gebruikt, u niet langer alle pijnstillers kunt slikken. Ibuprofen, dicofenac en NSAID’s kunnen hiermee niet worden gecombineerd. Overleg daarom altijd met uw arts over medicatiegebruik.  

Uw arts kan ook heparines inspuiten. Dit wordt gebruikt om een acute trombose, die erg gevaarlijk kan zijn, binnen de perken te houden. Een longembolie wordt hiermee voorkomen. De arts kan ook heparines bij u inspuiten uit voorzorg, bijvoorbeeld nadat u bent geopereerd. Heparines wordt met een injectie onder de huid gespoten of toegediend via een infuus. Na 4 tot 12 uur is de stof weer uit uw lichaam verdwenen.  

Het kan zijn dat u door een trombosebeen last hebt gekregen van oedeem: vochtophopingen in het been. De behandeling van een trombosebeen bestaat daarom vaak deels uit het dragen van therapeutische elastische kousen, ook wel afgekort tot ‘TEK’. Deze compressiekousen oefenen druk uit op uw benen, waardoor het overtollige vocht beter kan worden afgevoerd en deze therapie noemen we daarom ook wel compressietherapie. Meestal moet u de anti trombose kousen hiervoor een half jaar tot een jaar dragen. 

Steunkousen, of ook wel Therapeutisch Elastische Kousen (TEK) genoemd, zijn kousen voor uw armen of benen die door druk van buitenaf ervoor zorgen dat het bloed door uw bloedvaten beter kan stromen en overtollig vocht afgedreven kan worden. Ze zijn er in verschillende kleuren, diktes, maten en drukklassen. Welk type steunkous voor u het meest geschikt is, hangt af van uw medische indicatie, uw leeftijd, uw beroep en uw levensstijl.  

Een greep aan relevante hulpmiddelen

Steunkousen aanmeten

Meer lezen

Steunkousen kopen

Naar onze webwinkel

Over Livit Ottobock Care

Wij zijn Livit Ottobock Care, marktleider op het gebied van orthopedische hulpmiddelen en advies in Nederland. Met 550 collega’ s zetten wij ons dagelijks in om mensen te ondersteunen bij hun mobiliteit. Iedereen bij Livit zet zich maximaal in om het leven van onze klanten een stukje beter te maken.

Vragen? Chat met onze klantenservice

Over Steunkousen.nl

Bij onze webshop Steunkousen.nl kunt u terecht voor modieuze en comfortabele steunkousen. Eenvoudig direct online te bestellen.

Naar Steunkousen.nl